Slovenië

We steken de Oostenrijks-Sloveense grens over via Ljubelj in plaats van via de Karawankentunnel. Dit vooral om de file te vermijden, maar ook omdat de weg via de Ljubeljpas heel leuk is om te rijden zo langs kronkelende wegen en spannende haarspeldbochten. Eens de grens over rijden we de Goriška Brda regio binnen. Deze regio staat vooral bekend als wijnstreek. We kunnen zonder twijfel bevestigen dat de Slovenen weten hoe ze wijnen moeten maken en daarbij niet moeten onderdoen voor hun Italiaanse buren. De regio doet ook qua landschap een beetje aan Toscane denken. Dat Italië niet ver weg is, zal je ook merken aan de Italiaans geïnspireerde keuken. Proef zeker de žlikrifi, de traditionele Sloveense knoedel.
Op onze eerste stop bezoeken we direct een van de meest bekende plekken van Slovenië: het meer van Bled. Kenmerkend voor dit meer is het kleine eiland met daarop een kerkje. Rondom het meer kun je prachtige wandelingen maken of een stukje fietsen. Als je de toeristische “drukte” van de stad Bled liever vermijdt, kun je verder rijden naar Radovljica, een klein en charmant dorp op slechts 10 km van het meer. De ideale uitvalsbasis om de omgeving te verkennen.

We verkennen het Triglav National Park nog wat verder en rijden naar Bovec waar een van de populairste activiteiten raften op de Soča rivier is. En raften kun je er op alle niveau’s. Op bepaalde plekken is de rivier wat kalmer waardoor ook gezinnen of mensen zonder rafting ervaring zich op de Soča kunnen wagen. De meer ervaren rafters kunnen zich volledig uitleven op de wilde stukken. De Soča beleven is zowel bij locals als toeristen enorm in trek. Naast raften kun je zeker ook kajakken, canyoning, snorkelen en zoveel meer. Ben je niet zo’n waterrat? Geen nood, er zijn mooie wandelingen langs de oevers van de Soča. Voor heel wat waaghalzen is deze regio ook erg populair voor parachutespringen en deltavliegen. We volgen de Soča tot aan de Tolmin Gorges, het laagste punt in het Triglav National Park. Door de kloof loopt een pad dat je de natuurlijke geografische formaties laat zien. De wandeling duurt ongeveer 1,5 uur en toegangstickets zijn te koop aan het ticket office voorbij het restaurant.

Ljubljana is een van de kleinste hoofdsteden van Europa. Deze prachtige studentenstad is een fijne afwisseling met de vele natuur die we al opgezocht hebben tijdens deze roadtrip. Zoals we al zeiden, Ljubljana is niet groot, maar je kan er lekker eten en alle bezienswaardigheden liggen dicht bij elkaar in het historische centrum rondom de Ljubljanica rivier. Must sees zijn zonder twijfel de Drakenbrug en het kasteel van Ljubljana dat hoog boven de stad uittorent. Je kan het kasteel dan ook enkel bereiken na een stevige wandeling of via de kabelbaan (betalend). Het 15e-eeuwse Ljubljanski Grad is gebouwd op het hoogste punt van de stad en werd tot de 17e eeuw bewoond door provinciaalse heersers. Op deze strategische ligging zijn ook restanten teruggevonden van forten van de Romeinen en Kelten. De Drakenbrug - ofwel de Zmaski Most - is gebouwd over de Ljubljanica rivier in 1901. De brug verwijst naar het symbool van de stad: de draak. Vier grote stenen draken bewaken de brug, twee aan elke zijde. Verder was het toen een van de eerste bruggen in Europa die volledig gebouwd is beton en staal. Wandel zeker eens tussen de rood-wit gekleurde huisjes! Ook de Sint-Nicolaaskathedraal en de Franciscuskerk konden ons betoveren.

Na een gevarieerde rit komen we aan de Sloveense kust. Deze kustlijn is met 47 kilometer niet erg lang te noemen, maar zeker de moeite waard om naartoe te gaan. De kustlijn is divers in landschap en je vindt er hele leuke stadjes. Piran wordt vaak beschreven als “het juweel op de kroon van de Sloveense kust”. Net als Izola en Koper is Piran een pittoresk stadje met een doolhof aan smalle straten. Het historische centrum is gebouwd volgens de Venetiaanse stijl. Opnieuw zien we dat de Italiaanse invloeden niet veraf zijn. Bekijk er zeker de kathedraal en de klokkentoren van Sint Joris. Plaza Fiesa is dan weer een leuk strand om even te ontspannen. Let wel, in de zomer kan Piran behoorlijk druk zijn.

Ook Izola doet sterk aan Venetië denken. De stad werd gesticht in de 7e eeuw door vluchtelingen uit Aquileia. In de 19e eeuw kreeg het toerisme in de stad een enorme boost toen men er een thermische bron ontdekte. Ook de grote haven en de mooie kiezelstranden maken van Izola een leuke tussenstop.

Koper heeft een interessant middeleeuws centrum. Rondom het belangrijkste plein kun je prachtige gebouwen van Venetiaanse architectuur bezichtigen. Sla zeker het praetoriaanse Paleis, de 12e-eeuwse kathedraal en de klokkentoren niet over.

In het Strunjan Natuurreservaat kun je wandelen over de mooiste stranden en de 80 meter hoge Strunjan klif bewonderen.
Pontorož is een al wat grotere stad met moderne hotels, een grote jachthaven, thermale baden en heel wat culturele events.

Na een gevarieerde rit door de Ravinjska regio komen we aan in Celje, de stad van ‘de graven en prinsen’. Celje werd al bewoond door de Kelten en later door de Romeinen benoemd als Celeia. Het was het administratieve centrum van de Romeinse provincie. Vandaag de dag is het een leuke stad met een mooi uitzicht vanuit het kasteel.

Ptuj is dan weer de oudste stad van Slovenië en werd door de Romeinen Poetovio genoemd. Het is de stad van de “Kurents”, traditionele carnavalsfiguren. In Ptuj kun je allerhande archeologische sites en galerijen bezoeken.

Maribor is de tweede grootste stad van Slovenië en staat vooral bekend om zijn wijn en de prachtige landschappen in de omgeving. Deze regio is vooral tijdens de wintermaanden heel populair vanwege het Pohorje-gebergte, de ideale plek voor een skivakantie. Maar de stad heeft in elk seizoen heel wat te bieden. Je kan bijvoorbeeld wijn proeven in de middeleeuwse Water Tower, gelegen aan de Drava rivier en gebouwd als onderdeel van de verdediging van de stad. Ook een van de oudste synagogen van Europa is gelegen in Maribor. Het centrale plein van de stad wordt gedomineerd door de Plague Column, oorspronkelijk een zuil opgericht door de stadsbewoners ter nagedachtenis van de pestepidemie. De zuil werd later vervangen door het barokke meesterwerk van de Duitse beeldhouwer Joseph Straub.